Gekker wordt het niet, of wel?

Elke keer als je denkt ‘gekker dan dit wordt het niet’, dan blijkt het toch te kunnen. De mensheid is tot veel in staat, zoals Puppy Yoga in Amsterdam. Op de website van Puppy Yoga is te lezen dat de eerste 30 minuten van de les besteed worden aan de yoga, waarbij puppies ‘vrij om jullie heen spelen’ en de laatste 30 minuten mogen de cursisten knuffelen met puppies: ‘neem foto’s, ontspan en geniet van de pure liefde van de puppies’, staat er. Instagramwaardig. ‘Contact met de puppies vermindert je stress en je angsten en versterkt ‘joy in life’, dat zijn dan de ‘benefits’ van dit aanbod. En hoe zit het met de stress van de puppies? Die is enorm, ze zijn in een volkomen vreemde omgeving en worden doorlopend aangeraakt en wakker gehouden. Vooral dat laatste is schadelijk. Puppies slapen gemiddeld 18 uur per dag, met tussendoor soms een speelmoment van 15 min en dan gaan ze weer slapen. Als ze die rust niet krijgen heeft dat gevolgen voor hun leervermogen, hun gedrag en hun afweersysteem.

Het meeste van dit alles verbaast me nog dat er mensen zijn die hieraan deelnemen. Mensen die aan yoga doen, daarvan zou je toch denken dat die een bepaald bewustzijn hebben, het is immers bedoeld om geest en lichaam te verbinden. Hoe kan het dat deze bewuste types niet door hebben dat ze al yogaënd meedoen aan dierenmishandeling? En hoe zit het met de vrouw die haar ruimte en yogamatjes beschikbaar stelt en toeziet hoe de gestreste puppies in de hoeken plassen en poepen? En de fokkers die hier de puppies voor leveren, zijn misschien wel de grootste boosdoeners, zij weten hoe slecht het voor ze is en doen het toch. Ogen sluiten en cashen.

Grenzeloos
Het kan komen doordat ik al een tijd dierenfilms, dierendocu’s en series kijk, waardoor dit me extra raakt. Ik kom er steeds meer achter hoe wonderlijk en indrukwekkend het dierenrijk is en hoeveel oprechte dierenliefhebbers het uiterste doen om de diersoorten die op uitsterven staan (en dat zijn er veel: 1 op de 5) te redden met fokprogramma’s en herstel van hun leefgebieden. Niks ogen sluiten, maar in actie komen.
Ook speelt mee dat net bekend is geworden dat de motie (die in februari is aangenomen) om van de bio-industrie een dierwaardige veehouderij te maken, nu weer is teruggedraaid: een kadootje van de PVV aan de BBB. Deze motie moest ervoor zorgen dat de dieren in ons land niet zo veel te lijden hebben, zodat bijvoorbeeld de 11 miljoen varkens die in Nederlandse schuren in het donker opgesloten zitten in hele kleine ruimtes met betonnen vloeren. En de zeugen, die worden klemgezet in kraamkooien waarin ze alleen maar kunnen liggen en waar ze in drie jaar tijd 81 biggen moeten produceren. Voor dat soort ellende zou er een wetswijziging komen, maar Wilders stak er een stokje voor. Esther Ouwehand stond in de Tweede Kamer zichtbaar haar woede en verdriet te verbijten.

Zijn we niet allang op het punt beland dat we zeggen: het mag niet gekker worden. Heel veel mensen zullen dit beamen, maar veel ook niet. Die gaan toch skiën met pinguïns in Dubai. In Dubai? Dat is een woestijn! Daar moeten we niet willen skiën, en zeker niet met pinguïns die daar heel gestrest van worden. Zijn er dan helemaal geen grenzen? En hoe lang nog? Steeds weer komen er wel voorstellen, maar concreet verandert er weinig. Waarom is er nog steeds geen veel hogere vliegtaks. Waarom is de co2 uitstoot niet allang verminderd? Rijden we niet allang allemaal elektrisch? Is de bio-industrie niet strafbaar, de woningnood nog steeds niet opgelost, in zo’n rijk land als Nederland? Het blijft maar duren omdat niemand een offer wil brengen. De mensen, de politiek, de wereldleiders. Geen offerbereidheid.

Offers
Van oudsher offeren mensen in tempels, kerken, op heilige plekken. Voedsel, dieren, kostbaarheden, geuren, allerlei offers als geschenken aan de goden, om de relatie met hen te bekrachtigen of te herstellen. Het offeren in dienst van het hogere. Een offer gaat over iets wat je dierbaar is en je liever niet wilt geven, anders is het geen offer. En het is in het belang van iets groters, en gaat dus voorbij aan eigenbelang. Daar wordt het lastig voor de mens. We willen wel verandering maar niet als het ons eigen hachje betreft, als het ons eigenbelang aantast. Landen zijn niet bereid een stukje grond af te staan, omwille van iets groters: vrede. Gemeentes zijn niet bereid vreemdelingen op te nemen, omwille van een groter belang: andere gemeentes ontlasten die te veel dragen. Politieke partijen willen best nadenken over landsbelang maar kiezen uiteindelijk voor hun partijbelang. Daarom verandert er zo weinig.

Individualisme
‘Wat zou een groot offer zijn voor ons mensen in deze tijd?’ vroeg ik me af en toen kwam ik uit op: het opgeven van een stuk individualisme. Naast open zijn over seks, psychische klachten of hoeveel geld je verdient, is het een absoluut taboe om inbreuk te doen op iemands individualiteit. We leven in een tijd waarin de norm ‘ik ben vrij om te doen en laten wat ik wil’, heel sterk is. Vaak beginnen goedbedoelde adviezen met de zin: ‘Je moet het zelf weten hoor maar… en dan volgt er iets waar we de ander eigenlijk op willen aanspreken. We zijn zo gewend geraakt aan individuele vrijheid en ‘rechten’ dat we vaak niet meer merken dat dat geruisloos over kan gaan in ego-gerichtheid, die los komt te staan van de omgeving. Individualistisch vrij, maar ontkoppeld van de medemens, van de aarde, van de natuur, van de dieren. Die ontkoppeling leidt tot excessen, zoals we overal kunnen zien. 

Wereldbinnenruimte
Joke Hermsen citeert in haar boek ‘Onder een andere hemel’ iets hierover van Rilke:
De gedichten van Rilke werpen de vraag op hoe we in een van God verlaten en door egoïsme en commercie geregeerde wereld, ‘in die oneigenlijke schiettent van opgepoetst geluk, waar het geld zich voortplant’, nog thuis kunnen zijn. Want we zijn niet langer ‘thuis en vertrouwd in onze verklaarde wereld’, omdat we de onderlinge verbanden niet meer begrijpen. We zijn nog slechts toeschouwers, staat er in de achtste elegie: ‘En wij toeschouwers, altijd, overal dit alles toe gewend en er nooit vrij van! Het overstelpt ons. Wij ordenen het. Het valt uiteen. Wij ordenen het opnieuw en vallen zelf uiteen.’

We begrijpen de onderlinge verbanden niet meer. Dat klopt. De wereld is op drift geraakt, de mensheid is van god en aarde los. Maar wij hebben de mogelijkheid om te kiezen. Om te zeggen ‘genoeg is genoeg, ik doe er niet aan mee.’ We kunnen ons losmaken van de gekte, van ‘de oneigenlijke schiettent van opgepoetst geluk, waar het geld zich voortplant’. En stoppen met deelnemen aan grenzeloos gedrag ‘omdat het nu eenmaal kan’. We kunnen voorbijgaan aan eigenbelang en elkaar aanspreken, als we excessen zien. Laten we ons richten op wat onze zorg en aandacht echt nodig heeft. Opdat we in deze krankzinnige tijd niet uiteenvallen. Opdat we geen toeschouwers worden, maar deelnemers die aan zet zijn en willen bijdragen aan een wereld waarin we ons thuis voelen.

Door alle wezens reikt een ruimte;
wereldbinnenruimte. De vogels vliegen stil 
door ons heen. O ik die goeie wil 
ik kijk naar buiten, en in mij groeit de boom. 

Ik draag zorg, en in mij staat het huis. 
Ik pas op, en in mij is de oppas. 
Geliefde die ik word: tegen mij rust 
de prachtige schepping en huilt uit.

Rilke


Met een voorjaarsgroet,
Marthe van der Noordaa